De afgelopen periode is er in de media intensief bericht over windenergie. Vooral in de Volkskrant en NRC is er een boeiende discussie via ingezonden brieven en redactionele commentaar aan de gang tussen voorstanders en critici.
Voorstanders als Jaap ’t Hooft (consultant windtechniekontwikkeling) strijden met de pen tegen critici als Martin Sommer en Wiebe Draijer. Argumenten als dat windmolens voor de kust ten koste gaan van het strandtoerisme en de subsidie van EUR 18 miljard worden door Jaap ’t Hooft van repliek voorzien. Hiervoor wordt graag verwezen naar het ingezonden artikel in de Volkskrant. Dit is te vinden via onderstaande link.
Daarnaast is enkele weken geleden een tendieus artikel verschenen over de fiscale voordelen die een groep investeerders heeft rondom de grootste windmolen van Nederland, de Ambtenaar in Medemblik. In dit artikel wordt aangegeven dat een groep rijke Nederlanders waaronder Rijkman Groenink (oud voorzitter Raad van Bestuur ABN AMRO) via fiscaal creatieve constructies oneigenlijk gebruik maakt van grote subsidiebronnen.
Het gaat hierbij om de reguliere subsidies waarbij de overheid particulieren de mogelijkheid biedt om investeringen in duurzame energie versneld en willekeurig (op een zelf gekozen moment) af te schrijven, de zogenaamde energie investeringsaftrek (EIA).
Het is jammer dat de insteek van het artikel negatief inzoomt op de groep van investeerders in plaats van de gebruikelijke regeling. Ook Kennemerwind en vele andere coöperaties en andere particuliere initiatieven maken gebruik van de mogelijkheid om subsidie per Kwh te ontvangen. Ook hier weer geen vast subsidiebedrag, maar een vergoeding per opgewekte kilowattuur. Een resultaatafhankelijke vergoeding in plaats van een vooraf vastgesteld bedrag, daar kunnen veel andere regelingen en afspraken tussen overheid en derde partijen nog veel van leren.